Column

Waar moet het heen met de Geleen?

20-06-2012
Zie ze stappen door de Geleen. Stijve ambtenaren, vrije jongens, mannen met teveel testosteron. Ik heb er nooit een onprettig gevoel bij gehad, bij de Geleen en de Hunsestraat. Prostitutiestraten bezitten een geruststellende duidelijkheid: hier kom je niet voor een pond gehakt. Hooguit voor een onsje door mekaar gewaaid rookvlees. Een prostitutiebuurt brengt een zekere levendigheid en is goed voor de lokale economie. Enig idee hoeveel haringen de Haringkoning op het Rijswijkseplein op jaarbasis verkoopt aan hoerenlopers? Ze hebben er zelfs een bijnaam voor: ‘hoeringen'. Maar de voorgenomen sluiting van de Geleenstraat gaat niet over uitbuiting of vrouwensmokkel. Raamprostitutie moet weg uit de binnenstad. De Poeldijksestraat is reeds lang geleden op vage wijze opgedoekt, de Doubletstraat staat op het punt van gedwongen sluiting, aan de poten van de Geleenstraat wordt nu al geknabbeld door de politiek. Als het aan de PvdA en de VVD ligt verdwijnt de Geleenstraat naar een industrieterrein. Alsof ondernemers ter plekke daar op zitten te wachten. En welk industrieterrein mag dat wel niet zijn? Ze zitten overal ingeklemd, tussen woonwijken. Alleen het Forepark komt wellicht in aanmerking maar da's vanuit de stad toch een hele tippel. Wellicht kan een deel van het ADO-stadion worden ingeruimd voor erotische activiteiten? Dat ding wordt maar eens in de twee weken goed benut. We noemen het stadion niet voor niets het Haagse Bakkie; altijd halfvol. De randvoorwaarden zijn er al - kleedruimtes, douches, de jacuzzi in de spelersruimte. Marketingsgewijs zie ik volop kansen genoeg. Iets met een zijzoenskaart. Shirtjes ruilen met de ballenmeisjes. Of wat dacht u van sex in het stadion - de Middenwip. Een ding is zeker: de verplaatsing van de Geleenstraat zal niet - excusez le mot - vlekkeloos gebeuren. en het probleem blijft. Verplaats het probleem niet, los het op. Als dat niet lukt: beheersen. Dat kan prima op de plek waar het nu is. Prostitutie is een uitdaging, voor iedere stad. Dat maakt het juist zo spannend! Hoe vaak spreek je een exotische schone in je eigen stad? Zo houden we geen verzetje meer over. Den Haag verliest zijn wilde haren. Ik zeg: nergens heen, met de Geleen.